Tweede Spoor via Buro Omslag

Sta je voor de uitdaging van langdurig verzuim binnen jouw organisatie? Buro Omslag begeleidt werkgevers en werknemers bij een cruciale stap: het vinden van een nieuwe, duurzame baan buiten de huidige organisatie via tweede spoortrajecten.

Onze experts bieden maatwerkbegeleiding voor werknemers die door ziekte of beperkingen niet kunnen terugkeren naar hun oude functie. Met ons netwerk en onze kennis van de arbeidsmarkt zorgen wij ervoor dat jouw medewerkers weer perspectief krijgen op passend werk.


Wat wij bieden:

  • Individuele begeleiding: Van heroriëntatie tot sollicitatietraining, wij bieden persoonlijke aandacht en een plan op maat.
  • Werkgeversadvies: Wij ondersteunen jou bij het voldoen aan wettelijke verplichtingen rondom de Wet Verbetering Poortwachter.
  • Sterk netwerk: Wij brengen medewerkers in contact met potentiële werkgevers en passende vacatures in uiteenlopende sectoren.

Waarom kiezen voor Buro Omslag? Omdat wij geloven in nieuwe kansen, duurzame oplossingen en een menselijke benadering. Investeer in de toekomst van jouw medewerkers met een tweede spoortraject dat écht werkt!



Buro Omslag - Samen bouwen aan een nieuw begin.


Interesse? Neem vandaag nog contact met ons op en ontdek hoe wij jouw organisatie kunnen ondersteunen!

Voor werknemers

Een tweede spoortraject is een proces dat in gang wordt gezet wanneer je als werknemer langdurig ziek bent en het niet mogelijk is om terug te keren naar je huidige functie binnen je eigen organisatie.


De Wet Verbetering Poortwachter verplicht werkgevers en werknemers om samen naar oplossingen te zoeken, en als terugkeer naar je eigen werk niet mogelijk is, moet gekeken worden naar werk buiten de organisatie.


Tijdens een tweede spoortraject krijg je professionele begeleiding om een nieuwe baan te vinden bij een andere werkgever. Dit kan betekenen dat je bijvoorbeeld via coaching, loopbaanadvies, sollicitatietrainingen en netwerkondersteuning geholpen wordt om een passende functie te vinden die aansluit bij jouw mogelijkheden en beperkingen.


Het doel is om een duurzame en bevredigende nieuwe werkplek te vinden waar je weer succesvol aan de slag kunt.

Stuur een mail

Voor werkgevers

Een tweede spoortraject wordt ingezet wanneer een werknemer langdurig ziek is en het duidelijk wordt dat terugkeer binnen de eigen organisatie niet haalbaar is. Volgens de Wet Verbetering Poortwachter ben je als werkgever verplicht om, naast het onderzoeken van mogelijkheden binnen de eigen organisatie (eerste spoor), ook te kijken naar passende werkplekken bij een andere werkgever (tweede spoor).


Dit traject houdt in dat je als werkgever samenwerkt met een re-integratiebureau om de werknemer te begeleiden naar een nieuwe werkplek buiten je organisatie.


Het re-integratiebureau ondersteunt met loopbaancoaching, sollicitatietraining en netwerkmogelijkheden om ervoor te zorgen dat de werknemer duurzaam werk vindt bij een nieuwe werkgever.


Hiermee voldoe je aan je wettelijke verplichtingen en help je je werknemer om weer actief deel te nemen aan het arbeidsproces, op een manier die voor beide partijen duurzaam is.

Stuur een email

Wet Verbetering Poortwachter

De Wet Verbetering Poortwachter legt vast welke stappen werkgevers (en werknemers) moeten volgen bij langdurig verzuim om een zieke werknemer zo snel mogelijk weer aan het werk te krijgen, of dat nu binnen het eigen bedrijf is (eerste spoor) of bij een andere werkgever (tweede spoor). Het proces is nauwkeurig omschreven en bestaat uit verschillende fasen en deadlines. Hieronder vind je de belangrijkste stappen die een werkgever moet nemen volgens de Wet Verbetering Poortwachter:



1. Ziekmelding (Week 1)

  • Zodra een werknemer zich ziekmeldt, registreer je dit direct bij de arbodienst of bedrijfsarts.

2. Probleemanalyse (Week 6)

  • Uiterlijk zes weken na de ziekmelding voert de bedrijfsarts een onderzoek uit om de aard van de ziekte en de mogelijkheden voor re-integratie te beoordelen. Dit wordt vastgelegd in een probleemanalyse, waarin wordt beschreven waarom de werknemer niet kan werken en wat de mogelijkheden voor herstel zijn.

3. Plan van aanpak (Week 8)

  • Binnen twee weken na de probleemanalyse (dus uiterlijk in week 8) stel je samen met de werknemer een plan van aanpak op. Hierin staat hoe jullie samen gaan werken aan re-integratie, wat de werknemer en werkgever gaan doen, en wat het doel is. Dit plan moet regelmatig worden geëvalueerd en zo nodig aangepast.

4. Voortgangsgesprekken (Elke 6 weken)

  • Vanaf het opstellen van het plan van aanpak voer je iedere zes weken een voortgangsgesprek met de werknemer. De voortgang van de re-integratie en eventuele aanpassingen worden besproken. Deze gesprekken leg je vast in het verzuimdossier.

5. Eerstejaars evaluatie (Week 52)

  • Na één jaar ziekte moet je samen met de werknemer en de bedrijfsarts een eerstejaarsevaluatie uitvoeren. In deze evaluatie wordt het re-integratieproces tot nu toe beoordeeld: wat is er goed gegaan en wat kan er nog beter? Op basis hiervan kunnen nieuwe afspraken worden gemaakt voor het tweede ziektejaar.

6. Tweede spoortraject (Indien nodig rond week 52)

  • Als blijkt dat re-integratie binnen je eigen bedrijf (het eerste spoor) niet mogelijk is, moet je rond week 52 starten met het tweede spoortraject. Dit houdt in dat je samen met een re-integratiebureau op zoek gaat naar mogelijkheden voor de werknemer bij een andere werkgever.

7. WIA-aanvraag (Uiterlijk week 88)

  • Als de werknemer na bijna twee jaar ziekte nog steeds niet volledig kan werken, moet de werknemer tussen week 88 en week 91 een WIA-uitkering (Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen) aanvragen. Dit is de verantwoordelijkheid van de werknemer, maar je moet dit proces wel begeleiden en ondersteunen.

8. Eindevaluatie (Week 93)

  • Na 93 weken ziekte wordt een eindevaluatie gemaakt. Hierin wordt vastgesteld welke re-integratie-inspanningen zijn geleverd en of deze voldoende zijn geweest. Dit rapport gaat naar het UWV, die zal beoordelen of de werkgever en werknemer voldoende hebben gedaan om terugkeer naar werk mogelijk te maken.

9. Toetsing door UWV (Na week 104)

  • Na twee jaar ziekte beoordeelt het UWV of de werkgever en werknemer zich voldoende hebben ingespannen voor re-integratie. Als blijkt dat er niet voldoende inspanningen zijn geleverd, kan het UWV besluiten om een loonsanctie op te leggen. Dit betekent dat de werkgever nog maximaal één jaar extra loon moet doorbetalen.

Samenvatting van de Belangrijkste Verantwoordelijkheden:

  • Ziekmelding direct doorgeven aan de arbodienst/bedrijfsarts.
  • Een probleemanalyse laten opstellen door de bedrijfsarts (week 6).
  • Samen met de werknemer een plan van aanpak maken (week 8).
  • Regelmatig voortgangsgesprekken voeren en vastleggen (elke 6 weken).
  • Evaluaties uitvoeren, zoals de eerstejaars evaluatie (week 52).
  • Als re-integratie binnen het bedrijf niet lukt, starten met een tweede spoortraject.
  • Begeleiden bij de WIA-aanvraag (uiterlijk week 88).
  • Eindevaluatie opstellen en naar het UWV sturen (week 93).

Het naleven van deze stappen is cruciaal om boetes of loonsancties te voorkomen en om de werknemer zo goed mogelijk te ondersteunen tijdens het re-integratieproces.

Het tijdspad van een tweede spoortraject volgt meestal een gestructureerd proces dat afgestemd is op de wettelijke kaders van de Wet Verbetering Poortwachter. Het traject wordt ingezet wanneer duidelijk is dat de werknemer niet kan terugkeren naar zijn of haar oude functie binnen de eigen organisatie (eerste spoor). Vanaf dat moment wordt het tweede spoor ingezet om de werknemer te begeleiden naar passend werk bij een andere werkgever.

Stuur een email

Geinteresseerd in onze dienstverlening? Wij zijn hier om jou te helpen!

Wij gaan graag met je in gesprek om te horen wat het is wat je nodig hebt.

Plan een afspraak
Share by: